De Wycker kruittoren werd in 1318 gebouwd als onderdeel van de eerste stenen stadsmuur rondom Wyck. 550 jaar lang stond de toren langs de Maas, totdat hij in 1868 onder hevig protest werd afgebroken. Pastoor-deken Van Laer vond dat de toren het zicht ontnam op de nieuwe Sint Martinuskerk. Daarom moest de Wycker kruittoren verdwijnen.
-
De Wycker kruittoren uit 1318 was een onderdeel van de eerste stenen stadsommuring van Wyck, aan de oostzijde van de Maas. Wyck had sinds 1180 een aarden omwalling, net als Maastricht aan de overkant van de rivier. Er waren slechts twee poorten: de Duitse poort (of Hoogbruggepoort) bij de oostelijke uitvalsweg en de Maartenspoort aan de noordzijde. Deze Maartenspoort is zeker vijf keer opnieuw gebouwd, telkens op een andere plek. Ook had Wyck twee grote torens aan de Maas: het Lambrechtsrondeel in het zuidwesten en Woutersrondeel in het noordwesten, op slechts 20 meter van de Maas. Die laatste was de oorspronkelijke naam van de Wycker kruittoren. In de kronieken komen we ook de naam Grote toren, Ronde toren of Toren bij Sint Maarten tegen.
-
De Wycker kruittoren was robuust, had een doorsnee van 10 meter en was 20 meter hoog. De muren van Naamse hardsteen waren 2 meter dik. Op de begane grond, aan de zuidkant van de toren lang de ingang. Rond 1400 heeft een strodekker de bovenzijde bedekt, later bestond het dak uit leitjes. De toren had een mergelstenen gewelf, de verdiepingsvloeren waren van hout. De opgang naar de eerste verdieping bevond zich aan de buitenkant. Vanaf die eerste verdieping leidde een wenteltrap in een aparte traptoren verder naar boven. Op de tweede verdieping bevond zich een galerij met schietgaten.
Eerst verdedigingstoren, later kruitmagazijn
In de vroege zestiende eeuw werd een tweede stenen stadsmuur om Wyck gebouwd, buiten de oorspronkelijke muur. Daarmee verloor de Maartenspoort de rol van toegangspoort. De Wycker kruittoren verloor zijn verdedigingsfunctie omdat deze vanaf toen binnen de stadsmuren stond. De toren werd vanaf die tijd gebruikt als kruitmagazijn. -
Maastricht raakte in 1867 zijn vestingstatus kwijt. Deze verdedigingswerken hadden immers geen functie meer, en de burgers waren blij dat de beknellende muren om de stad verdwenen. Daarom werden de stadsmuren en -poorten gesloopt en de grachten gedempt. Toch bleef de Wycker kruittoren staan. Deze stond niemand in de weg en was in geen enkel sloopbestek opgenomen. Totdat de Sint Martinuskerk opnieuw werd gebouwd. De eeuwenoude Romaanse kerk was door achterstallig onderhoud een bouwval geworden. Voor restauratie was het te laat. Op last van het stadsbestuur bouwde Pierre Cuypers een nieuwe kerk. Toen deze neogotische nieuwbouw in 1860 klaar was, bleek dat de kruittoren het zicht op de kerk ontnam. Daarom moest de 550 jaar oude Wyckse kruittoren wijken.
-
Enkele Maastrichtenaren verzetten zich hevig tegen de sloop van de toren. Onder hen Alexander Schaepkens en Victor de Stuers, de Maastrichtse grondlegger van de Nederlandse monumentenzorg. Het kerkbestuur gaf aan dat ze de toren wilde laten slopen uit angst voor opslag van buskruit. Vanwege de aanstaande Frans-Duitse oorlog was er sprake van spanningen in de Euregio. Maar de echte reden was het beperkte uitzicht op de nieuwe kerk. Het kerkbestuur probeerde de toren te kopen van het Rijk, maar zoals zo vaak was er onvoldoende geld. Tien jaar later ging de toren alsnog tegen de vlakte. Pastoor-deken Van Laer had er vele brieven over geschreven. Ook had hij goede contacten bij de overheid, onder meer met regeringsformateur Thorbecke en met verschillende ministers. Daarmee bereikte hij zijn wens: de sloop van de Wycker kruittoren.
Weetje
Wat tegenwoordig nog rest van de Wycker kruittoren zijn alleen maar oude foto’s, tekeningen en verhalen. De toren stond model bij de herbouw van de Pater Vincktoren in het Faliezusterspark in 1906. Architect Willem Sprenger werd daarbij geadviseerd en ondersteund door Victor de Stuers.
Auteur: Eric Wetzels